
Met de presentatie van de Afeela 1 op de CES in Las Vegas stond er een product in de schijnwerpers dat meer weg heeft van een rijdend entertainmentcentrum dan van een elektrische auto. Een auto, waarvan de deur automatisch opent als je aan komt lopen. Als je instapt en de auto start, klink uiteraard niet langer de vertrouwde brom van een motor. Logisch, hij is elektrisch. Maar er opent zich ook een interactieve dashboardinterface en een hele rij beeldschermen komt tot leven. Net alsof je in de showroom van een televisiewinkel staat. Welkom in de wereld van Sony, Huawei en Xiaomi, want ook zij maken tegenwoordig elektrische auto’s.
Waarom techbedrijven in de auto stappen
Wat hebben bedrijven die ooit jouw televisie, CD-speler, telefoon, of koptelefoon maakten te zoeken in de automobielbranche? Omdat elektrische auto’s tegenwoordig niet alleen vervoermiddelen zijn, maar rijdende high-tech gadgets.
Een elektrische auto is niet langer een product van gegoten en gewalst staal, bouten, moeren en ringen. Bij een elektrische auto overtreft de hoeveelheid elektronica en software ruimschoots de hoeveelheid mechanische componenten. En die elektronica alleen maar complexer en geavanceerder. En dus ook kostbaarder. Dan is er nog de energievoorziening die uit grote accu’s bestaat. En ze worden ook nog eens aangedreven door elektromotoren. Ook worden auto’s steeds slimmer door kunstmatige intelligentie en verregaande connectiviteit. Allemaal producten en zaken waar de techreuzen helemaal in thuis zijn, of zich makkelijk eigen kunnen maken.
Elektrische auto’s zijn gewoon een uitgelezen product voor bedrijven die al jaren gadgets maken waar bijna de hele wereld dagelijks gebruik van maakt. Daarom duiken de techreuzen in deze snelgroeiende markt en ze zien niet alleen een kans om aan te sluiten, maar om op termijn zelfs een leidende rol te kunnen claimen.
Een paar voorbeelden
Sony bijvoorbeeld werkt samen met Honda om de Afeela te maken. Die auto is een ware entertainment hub op wielen. Hij heeft bioscoopwaardige geluidssystemen en schermen die meer weg hebben van een thuisbioscoop dan een dashboard. Xiaomi heeft zich $10 miljard gereserveerd om te investeren in eigen EV-productie. Het bedrijf heeft een gigantische fabriek gebouwd die jaarlijks 300.000 auto’s moet produceren. Het eerste model van Xiaomi is al in productie en het volgende model – een veelbelovende elektrische SUV – zal niet lang op zich laten wachten. En Huawei, dat merk dat in het westen vanwege het nodige privacygedoe uit beeld is geraakt maar in China tot de absolute giganten behoort? Dat goochelt met technologieën voor zelfrijdende systemen en superconnected auto’s via hun merk Aito, en hun HarmonyOS wordt toegepast in auto’s van Geometry, een merk van het hier welbekende Geely.
Elektrische auto’s zijn een rijdende goudmijn
De wereld wil schoner, groener en duurzamer worden. Overheden leggen traditionele autobouwers strenge regels op, zoals het inmiddels nogal omstreden verbod op benzine- en dieselauto’s vanaf 2035 in Europa.
Dit streven maakt de weg vrij voor bedrijven die vooroplopen in accutechnologie en slimme systemen. Vergeet ook niet dat elektrische auto’s qua omzetvolume razend interessant zijn: in 2022 reden er wereldwijd al 26 miljoen rond. Inderdaad, dat zijn er veel en veel meer dan je zou denken. Voor bedrijven als Sony en Xiaomi is dit niet alleen een kans om een graantje mee te pikken, maar ook om een volledig nieuw speelveld te domineren. Daarom investeren ze dus maar al te graag in deze markt.
Maar… makkelijk is het zeker niet
Een smartphone maken is toch wat anders dan een veilige, betrouwbare auto op de weg krijgen. Auto’s moeten aan strenge regels voldoen en consumenten willen meer dan een mooie gadget. Ze willen bereik, betrouwbaarheid en een netwerk van laadstations. Bovendien is de concurrentie moordend. Nieuwe spelers moeten uiteraard knokken om aandacht en vertrouwen. Traditionele automerken hebben decennia aan kennis, ervaring en loyaliteit opgebouwd, maar zij worstelen vaak behoorlijk met de transitie naar elektrisch rijden en ervaren vaak grote aanpassingsproblemen.
De techreuzen doen al tientallen jaren niet anders dan zich aanpassen aan een veranderende markt. Zij pakken dat dan ook heel pragmatisch aan. Xiaomi en Huawei hebben zelf de benodigde kennis ingekocht of -gehuurd. Dat is in China ook heel gebruikelijk en dé manier om snel te kunnen schakelen. Sony is – typisch Japans? – wat voorzichtiger te werk gegaan en schakelde met Honda de hulp in van een grote autofabrikant. Maar ook slaagden zij er sneller – en beter? – in om een fraai product op de markt te zetten. Iets waar de traditionele automobielfabrikanten een voorbeeld aan kunnen nemen.
Een nieuwe definitie van mobiliteit
Wat betekent dit alles voor de toekomst van auto’s, en de automobielfabrikanten? Het is duidelijk dat bedrijven zoals Sony, Huawei en Xiaomi de EV-markt niet alleen groener, maar vooral ook slimmer en spannender willen maken.
Auto’s worden steeds meer verlengstukken van ons digitale leven, vol met functies die naadloos aansluiten op onze gadgets. Of ze nu films afspelen, je route uitstippelen, de verwarming thuis aanzetten of je auto zichzelf laten parkeren – er zijn meer mogelijkheden dan ooit, en de snelle opkomst van kunstmatige intelligentie zal de technologische voortgang ongetwijfeld nog meer versnellen.
Daarom zal de toekomst van autorijden niet alleen elektrisch zijn. Hij zal qua technologie ook meer dan spectaculair zijn. Een rijdend verlengstuk van The Internet of Things. Wie weet zeg je daarom over een paar jaar niet meer “Ik heb een nieuwe auto”, maar “Ik heb de nieuwste rijdende gadget”.
Dit artikel verscheen als eerste op: evupdate.nl