Om maar meteen met het vooroordeel af te rekenen: nee, de Alpine A290 is géén Renault 5 met een sportkitje. Wie dat denkt, doet deze auto flink tekort. Alpine heeft serieus werk gemaakt van de A290. Niet alleen qua uiterlijk, maar ook op technisch vlak, in de afstelling, en in hoe de auto aanvoelt. Ze hadden met minder kunnen wegkomen — maar deden juist meer. Zo krijg je in de A290 maar liefst 220 pk, ruim 70 paarden meer dan de krachtigste Renault 5. Toch vond de jury de A290 genoeg Renault 5 om hem eveneens als auto van het jaar te kiezen.

De Alpine A290 is er vanaf €38.800. Je krijgt standaard een 52 kWh accu, een motor van 180 pk en een rijbereik van zo’n 380 kilometer. Liever wat extra pit? Dan kun je ook kiezen voor een versie met 220 pk.

Voor dat geld heb je al een rijk uitgeruste auto. Denk aan automatische airco, verwarmde voorstoelen, een digitaal instrumentarium en een 10,1 inch multimediasysteem met volledige Google-integratie — inclusief Maps, Assistant en de Play Store. Dankzij Google Assistant stap je net als de Renault 5 tamelijk zorgeloos over op elektrisch rijden: wanneer je actieradius niet toereikend is, plant hij automatisch laadstops langs je route omdat het systeem ook de zogenaamde state of charge van de accu weet en wat je er mee kunt halen. Het klinkt logisch, maar lang niet iedere elektrische auto heeft dit aan boord. En op zijn Alpines zijn er nog de full-LED koplampen compleet met de X, Alpine sportstoelen met logo, 19 inch lichtmetalen velgen en het sportchassis.

Op het oog

Van afstand zie je het al: de A290 heeft opvallende extra koplampen met een X-vormige lichtsignatuur. Die X komt trouwens op meerdere plekken terug, ook in de koplampunits zelf.

Ook de rest van het design ademt Alpine-DNA. Zwarte hoogglans wielkastverbreders, een klein spoilertje, aangepaste bumpers, bredere 19 inch wielen – allemaal details die hem visueel onderscheiden én functioneel bijdragen. De bredere banden geven iets meer grip, maar ook iets meer rolweerstand en dus minder rijbereik. Klein offer, groot effect.

De zijpanelen hebben een soort ventilatiesleuven die direct doen denken aan de Renault 5 Turbo uit de jaren 80. Toen hadden die sleuven nog een koelfunctie; nu zijn ze vooral visueel erfgoed. En ja, zoals het een trotse Fransman betaamt, vind je de driekleur op allerlei plekken terug – in de koplampen, op de C-stijl en zelfs subtiel in het interieur.

Technisch onderhuids

Wat Alpine hier gedaan heeft, overstijgt wat je normaal verwacht van een sportversie van een bestaande auto. De A290 is zes centimeter breder dan de gewone 5, en dat voel je direct in het stuurgedrag. Niet alleen oogt hij forser, hij ligt ook veel strakker op de weg. Alpine paste het onderstel compleet aan — steviger en sportiever, maar nog steeds comfortabel genoeg voor dagelijks gebruik.

Instappen & interieur

Zodra je instapt, weet je dat je niet in een standaard Renault zit. De dorpel is wat breder, maar instappen gaat soepel. Je kijkt uit op een sportstuur met een duidelijke middenstreep en Alpine-accenten, geflankeerd door twee grote schermen. De balans tussen fysieke knoppen en touchbediening is keurig. Alpine heeft niet zomaar onderdelen gedeeld met Renault; ze hebben het echt eigen gemaakt.

Een slimme vondst is het vervangen van de traditionele pook door drie forse knoppen op de middenconsole. Geen gedoe meer met lastig geplaatste schakelaars – gewoon logisch en direct. En dan zijn er nog de speelse extra’s: G-krachtmeting, acceleratietimers en zelfs medailles voor je prestaties. Hoe serieus je dat moet nemen? Mwah. Maar leuk is het wel.

Rijden dan maar

Met één druk op de startknop komt de A290 tot leven. Zet ‘m in Sport, regeneratiestand 2, en je hebt de ideale instellingen voor een bochtige rit. Het stuur is direct, de carrosserie blijft mooi vlak, en de auto voelt op een prettige manier onrustig aan — in de positieve zin van het woord. En dan is er de ‘OV’-knop: overtake. Een kortstondige boost die je net wat meer pit geeft om even in te halen of om nog een keer dat bochtige dijkweggetje aan te vallen. In de stad overkill, maar op de juiste plek? Verslavend.

Dagelijks gebruik?

Zeker, zolang je geen ruimtewonder zoekt. De A290 rijdt op de snelweg verbazingwekkend comfortabel, ondanks z’n sportieve inborst. Je krijgt onderweg regelmatig duimpjes en blikken toegeworpen – hij valt op, in positieve zin.

Maar praktisch is hij niet. Ben je langer dan 1.80 m, dan zit je deels achter de B-stijl te turen. En de achterbank? Die is vooral geschikt voor bagage. De actieradius is ook niet de beste in zijn klasse, zeker vergeleken met efficiëntere EV’s. Maar dat is het prijskaartje van bredere banden en meer rijplezier.

Concurrentie

De Mini Cooper SE is de meest logische concurrent. Evenveel vermogen, een vergelijkbare prijsklasse en net zo weinig ruimte achterin. De Mini voelt wat luxer, de Alpine juist speelser. De één is strak in het pak, de ander draagt een race-overall. Het is maar net waar je zin in hebt.

Conclusie

De Alpine A290 is veel meer dan een Renault 5 met een sportieve saus. Alpine heeft niet gekozen voor de makkelijke weg. Ze hebben het onderstel aangepast, het interieur opnieuw ingedeeld, visueel eigen accenten toegevoegd en een auto neergezet die anders aanvoelt – in de beste zin van het woord.

Je krijgt een eigenwijze, brutale en charmante hot hatch die z’n naam eer aandoet. En ja, hij heeft z’n beperkingen. Maar dat geldt voor alle karakters.

Dit artikel verscheen als eerste op: evupdate.nl

Categorieën

0 REACTIES
Reageren

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *