In onze vorige blog hebben we Tip 1, de auto hoe en wat. Én Tip 2, hoe kies je een locatie? besproken. In dit tweede, en tevens laatste deel, Tip 3: Compositie, de indeling van je foto. Tip 4: Welke camera? en Tip 5: de nabewerking. Daarna kan je zelf aan de slag om je eerste automotive fotoshoot te gaan plannen.

Tip 3: Compositie, de indeling van je foto.

Hoe deel je je beeld in? Welk perspectief kies je? Welke hoek van de auto?
Allemaal vragen die je het beste voorafgaand aan je fotoshoot kunt proberen te beantwoorden. Ze bepalen namelijk in grote mate hoe prettig je foto’s zijn om naar te kijken.

Keuzes zijn er dan ook volop; zet je de auto pontificaal in het midden of kies je ervoor de regel van derden toe te passen? Met de regel van derden deel je door middel van 2 horizontale en 2 verticale lijnen je beeld op in 9 gelijke vlakken. Plaats belangrijke delen van je onderwerp op de snijpunten van die lijnen en het beeld is direct meer in evenwicht.

Volvo XC40 in urbex omgeving

Evenwicht en diepte bereik je ook door je foto in te delen in een voorgrond, midden en achtergrond. Ben je bewust van alle elementen in je foto. Ieder detail kan je onderwerp versterken of verzwakken.

Ga je plat op je buik liggen, pak je er een keukentrap bij of misschien zelfs een drone? En fotografeer je de auto recht van voren, van achteren of opzij of toch driekwart van voren of van achteren? 3/4 wil zeggen een schuine invalshoek waarbij je 3 van de 4 hoeken van de auto ziet. Het is belangrijk te beseffen hoe de meeste mensen naar een foto kijken. Hier kan je mee spelen door bijvoorbeeld met behulp van het lijnenspel van de auto de ogen van je publiek door het beeld te leiden. Door hier bewust op te letten en te werken vanuit een idee of concept onderscheid je jezelf al van veel fotografen.

Grote valkuil autofotografie

Een grote valkuil is de horizon, zet die altijd recht en net uit het midden. Te vaak komen op de sociale media foto’s voorbij met een slechte compositie waar de fotograaf door het schuin zetten van de horizon heeft geprobeerd er nog iets van te maken.

Extra tip (én valkuil): Let altijd op de reflectie van de auto. Zorg dat je zelf nooit in die reflectie zichtbaar bent.

Tip 4: Welke camera?

De perfecte camera voor het fotograferen van auto’s bestaat niet. De beste camera is de camera waar jij tijdens je fotoshoot het beste mee om kunt gaan. Of dat nu je smartphone is of een professionele camera met een waarde van vele duizenden euro’s, de camera is slechts het gereedschap waar de fotograaf zijn op haar werk mee doet. Het zijn de skills van de fotograaf die een foto maken of breken.


Wanneer je de keuze hebt heeft een camera met verwisselbare lenzen waarmee je in RAW formaat kunt fotograferen met ten minste 12 megapixels de voorkeur. Een lens waar filters op geschroefd kunnen worden geeft je de mogelijkheid een circulaire polarisatiefilter te monteren. Dit filter vermindert hinderlijke reflecties en maakt de lucht een tikje dramatischer. Een must have tijdens iedere automotive fotoshoot.

Tot slot, tip 5: De nabewerking

Sinds fotografie de afgelopen 20 jaar meer en meer een digitale kunstvorm is geworden is ook de techniek van fotograferen enorm veranderd. Na het fotograferen kan met weinig moeite veel aangepast en verbeterd worden. Het is goed om je hiervan bewust te zijn. Vooral zaken die je achteraf niet (gemakkelijk) aan kunt passen zoals compositie en het perspectief moeten bij het maken van de foto meteen goed zijn. Het is ook goed om je bewust te zijn van je eigen Photoshop (in)competenties. Schaam je vooral niet, het is een enorm uitgebreid programma en het duurt gewoon lang voor je er redelijke resultaten mee kunt behalen. Qua belichting kies ik er tijdens de fotoshoot meestal voor om de foto zo neutraal mogelijk te maken zodat ik in de nabewerking alle kanten op kan zonder me zorgen te hoeven maken dat ik ergens details verlies.

Een grote valkuil in de nabewerking is het risico op overbewerking. Te licht, te donker, hooglichten te veel onderdrukt, schaduwen te veel opgehaald, te veel verscherping en ga zo maar door. Vaak helpt het om een dag later met verse ogen nog eens naar je bewerkte foto’s te kijken en je af te vragen of dit de foto is die je vooraf in gedachten had.

Wat je nu nog rest is oefenen. Zoek een locatie, regel een auto en fotografeer erop los. Wees niet bang om fouten te maken want als een idee niet werkt ben jij de enige die de foto zal zien. Neem bijvoorbeeld eens een autofoto uit een magazine of brochure mee en probeer die zo precies mogelijk na te maken.

In de tips hierboven is mijn uitgangspunt een fotoshoot waarbij het voertuig stil staat. Vaak zie je in een magazine zogenaamde rollers, foto’s van een rijdend voertuig. Hoe je zo’n foto maakt ga ik in een volgend artikel beschrijven.

Categorieën

0 REACTIES
Reageren

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *